Hoe begeleid en integreer je statushouders?

Een goede onboarding en begeleiding is essentieel voor statushouders die net beginnen in een nieuwe organisatie. Zo voelen zij zich sneller thuis binnen het team, wat de samenwerking ten goede komt. Wat hebben nieuwe statushouders nodig om goed te kunnen starten? Hoe kun je omgaan met eventuele taalbarrières, en hoe richt je een effectief mentor- of buddysysteem in?

Onboarding (oriëntatieprojecten)

Wanneer mbo’ers en statushouders werken bij Rijksorganisaties, is het belangrijk dat zij zich snel onderdeel voelen van het team en de organisatie. Werknemers voelen zich sneller onderdeel van het team wanneer de werkgever activiteiten organiseert ter bevordering van de integratie.

Nog een aantal tips voor onboarding van statushouders:

  • Investeer tijd in een goede onboarding van nieuwe medewerkers. Gangbare regels en omgangsvormen op de Nederlandse werkvloer zijn niet vanzelfsprekend voor statushouders;
  • Besteed aandacht aan een goede kennismaking tussen de leidinggevende en de collega's. Zorg voor rust en regelmaat op het werk, maak gezondheids- en persoonlijke kwesties bespreekbaar en let op taalgebruik. Help, indien nodig, bij het vinden van de juiste hulp, zorg voor goede begeleiding en flexibiliteit om werkafspraken aan te passen;
  • Plaats nieuwe medewerkers die in dezelfde maand starten samen in een groep, ongeacht afdeling en functie. Ook dit bevordert een gevoel van verbondenheid en maakt dat zij zich sneller thuis gaan voelen binnen de organisatie. Deze methode creëert mogelijkheden voor interdisciplinaire samenwerking en kennisuitwisseling vanaf het begin. Logius werkt al op deze manier.

Handvatten op de werkvloer

Voor concrete handvatten op de werkvloer kun je de gidsen van het COA en SER bekijken voor werkgevers. Daarnaast volgen hier nog handige tips:

  • Creëer teams van mensen uit verschillende (opleidings)achtergronden. De diversiteit in deze teams stimuleert creativiteit, verbetert de resultaten en bevordert samenwerking en kennisuitwisseling;
  • Er zijn sociale normen en gedragsregels die op korte termijn te veranderen zijn. Organiseer hiervoor workshops over taalondersteuning en biedt flexibele werktijden en vrije dagen bij verschillende (religieuze) feestdagen. Het is daarnaast niet vanzelfsprekend dat statushouders de omgangsregels of ongeschreven regels op de werkvloer kennen. Help de statushouder wegwijs te worden binnen de organisatie en betrek hem of haar bij de dagelijkse activiteiten, zoals koffiedrinken, lunchen of een rondje lopen (COA).
  • Een jobcoach kan van grote waarde zijn bij de begeleiding van statushouders op de werkvloer. Dit kan zowel een interne als externe jobcoach zijn, die vaak gedurende de eerste zes maanden wordt ingezet. De focus van de jobcoach ligt niet op technische vaardigheden, maar op het verbeteren van motivatie, werkhouding, omgangsvormen en communicatieve vaardigheden van de werknemer. Bovendien helpt de jobcoach zowel de statushouder als de werkgever om zich bewust te worden van mogelijke cultuurverschillen. Zie de gids van het COA (4.2.1) voor meer informatie over de jobcoach.

Buddysysteem

Introduceer een buddysysteem waarbij nieuwe statushouders een buddy krijgen toegewezen die hen helpt bij de sociale integratie binnen de organisatie. Nieuwe medewerkers hebben zo een direct aanspreekpunt. Klik hier voor een voorbeeld van een mentor/buddyprogramma door Studytube met ideeën voor activiteiten, gesprekken en aandachtspunten. Ook staan in de gidsen van het COA (4.1) en SER (3.2.2) tips voor het buddysysteem.

Taallessen

Een goede basis van de Nederlandse taal is belangrijk voor een succesvol dienstverband van een statushouder. Zet bijvoorbeeld een taalcoach in en oefen met vakjargon. Lees hier meer over in het COA (4.1). De Rijksoverheid heeft een mantelovereenkomst voor ‘tolk- en vertaaldiensten’ en besteedt deze diensten via openbare aanbestedingen uit aan intermediairs. Bekijk hier een overzicht van mogelijke aanbieders door de pdf te downloaden.

Mentorprogramma

Wanneer een statushouder aan een nieuwe baan begint, is vaak extra begeleiding nodig vergeleken met andere werknemers. Bespreek de komst van de statushouder vooraf met het team en wijs een ervaren, enthousiaste werknemer aan als mentor. Mentoren dragen bij aan kennisopbouw en wederzijdse beïnvloeding, wat een inclusieve werkomgeving bevordert. Bovendien ondersteunen zij de carrièregroei en netwerkmogelijkheden van minder geprivilegieerde groepen, zoals statushouders. Dit helpt hen om sneller vertrouwd te raken met de organisatie en de onbewuste sociale normen op de werkvloer te leren kennen. Daarnaast kan deze werknemer altijd bij iemand terecht. Bekijk in de gids van het COA (4.2) voor meer concrete tips als mentor.

 KVK en ADR zetten dergelijke communities in voor statushouders en kennismigranten.