Leren en groeien bij de overheid
Als een geschikte vacature vraagt om hbo-niveau moeten mbo’ers daar doorheen prikken en toch reageren, vindt trainee Aaron Bootsman. ‘Hard skills’ moeten minder belangrijk zijn dan de motivatie om te groeien. Daarmee overbrug je ook de kenniskloof tussen opleiding en werk.
Aaron Bootsman werkt bij het Rijk omdat maatschappelijke impact belangrijk voor hem is in zijn werk. “Alles wat je doet is dan zinvoller.” Hij werkt als ICT-trainee bij het team vCloud (VMWare) bij ODC-Noord. Gedurende een periode loopt hij mee met verschillende teams om te ontdekken waar zijn kwaliteiten liggen en wat bij hem past. “Zo kom ik in aanraking met verschillende onderdelen van ICT.”
De vacature stond op werkenbijduo.nl, waar Aaron al een keer stage had gelopen. Hij heeft bewust gezocht naar een baan bij de overheid. “Wat ik fijn vond is dat ze bij mijn sollicitatie keken naar mij als persoon.” Dat vacatures bijna altijd vragen om hbo-niveau kunnen mbo’ers soms best negeren, vindt hij. “Als je gemotiveerd bent om kennis op te doen, dan leer je die harde IT-skills wel bij. Ik heb ze wel, maar in mijn geval was het belangrijker dat ik in een team kon werken.” Toen hij net begon bij ODC-Noord voelde Aaron een kenniskloof tussen wat hij had geleerd op school en wat nodig was op het werk. “Ik had last van ‘imposter syndrome’ maar dat was helemaal niet nodig. Als je van school komt weet je gewoon niet wat er nodig is bij de overheid, maar die basiskennis is aan te leren.”
Het mooiste aan het werk vindt hij de behulpzaamheid van zijn collega’s. “Ik had niet verwacht dat iedereen het zo leuk zou vinden om kennis over te dragen. Jong, oud, we leren van elkaar. Samen komen we ook tot nieuwe inzichten.” Verschil tussen collega’s met een mbo-, hbo- of wo-opleiding merkt hij niet. “Je hebt meer aan iemand die initiatief neemt dan aan wat zijn diploma is. Iedereen doet zijn werk.”
Meer weten over de doelgroep mbo’ers? Ga naar de toolkit.