'Ik probeer een vertrouwensband op te bouwen'

Als Rijks I-Trainee krijg je op verschillende manieren begeleiding, op en buiten je werkplek. Bij de traineecoördinator kun je altijd aankloppen wanneer het op de werkvloer anders of niet goed loopt. Maar wat kan deze begeleider nu echt voor jou als trainee betekenen? Traineecoördinator Marjolijn Henning en I-Trainee (ICT) Jasper Munnichs leggen het uit.

Het Rijks I-Traineeship betekent voor veel starters een enorme verandering. Ze moeten wennen aan het werkende leven in het algemeen, hun weg vinden in het wereldje binnen de rijksoverheid en dan ook nog allerlei nieuwe, inhoudelijke vaardigheden leren. Best veel ineens. Daarom krijg je een werkplekbegeleider, een buddy, een mentor en een traineecoördinator. Dat laatste is Marjolijn Henning (31) nu ruim twee jaar. 'Tijdens de start- en evaluatiegesprekken bespreken we de leerdoelen', zegt zij, 'maar ook veel sociale onderwerpen, zoals: voel je je lekker op de werkvloer, gaat het goed tussen jou en je collega’s, is dit alles wat je uit je traineeship wil halen? En als het niet zo lekker loopt, moedig ik trainees aan er over te praten met de werkplekbegeleider. Want het blijkt geregeld dat ze niet allemaal voor zichzelf durven op te komen.'

Marjolijn Henning en Jasper Munnichs

Vertrouwensrelatie

Jasper Munnichs (29) is op dit moment bezig met zijn derde opdracht, bij het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK). Hiervoor werkte hij bij rijksorganisatie ICTU en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Marjolijn begeleidt hem al sinds hij begon aan het Rijks I-Traineeship, in september 2021. 'Ik heb een vertrouwensrelatie met haar. Vanaf het begin klikte het goed tussen ons waardoor ik alles met haar kan bespreken. Als er iets speelt op de werkvloer bijvoorbeeld, geeft Marjolijn advies hoe ik het met de betreffende collega’s kan aankaarten.'

Gesprekken leren voeren

Marjolijn: 'Het komt wel eens voor dat er te veel van een trainee wordt verwacht op de werkplek. Of dat het werk er gewoon anders uitziet dan vooraf gedacht. Daar moet over gesproken worden. Niet alleen omdat trainees moeten leren zulke gesprekken te voeren. Ook moeten ze de kans krijgen het maximale uit hun traineeship te halen, voor zichzelf, niet alleen wat de opdrachtgever van ze vraagt. Dat vind ik het allerbelangrijkste. Een ander veelvoorkomend probleem is dat er aan trainees wordt getrokken. Omdat er zoveel ICT-vacatures bij de overheid zijn, proberen werkgevers deze wel eens op te vullen door een trainee te vragen of hij wil blijven. Ik raad dit trainees absoluut af. Nu heb je de kans om drie keer acht maanden bij verschillende rijksorganisaties ervaring op te doen, zeg ik dan. Kijk daarna waar je wilt werken, niet andersom.'

Zeer positief

Jasper ervaart Marjolijns begeleiding als zeer positief. 'Ze belt mij geregeld met de vraag of alles nog goed gaat. Dat is heel nuttig. Als het goed loopt, hebben we minder gesprekken en duurt het gesprek minder lang.' Marjolijn benadrukt dat trainees haar altijd voor alles kunnen bereiken. 'Al sturen ze alleen een appje. Ik streef ernaar met al mijn trainees een vertrouwensband op te bouwen.'

Na de laatste opdracht van het Rijks I-traineeship is Jasper in dienst getreden bij EZK. Daar houdt hij zich bezig met strategische autonomie in het digitale domein.