Het eerste jaar van Datatrainee Floris Jan
Met een diploma in sociologie op zak en veel interesse in het vakgebied data, startte Floris Jan Naber in september 2020 aan het Rijks I-Traineeship. Zijn eerste opdracht bij de FIOD was vooral theoretisch en strategisch. Zijn huidige opdracht bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is juist meer praktisch en samenwerkingsgericht. Hoe heeft hij deze opdrachten ervaren? En hoe kijkt hij terug op zijn eerste jaar als Rijks I-trainee?
Floris Jan is 27 jaar oud en woont in Den Haag. Hij studeerde Sociologie in Groningen en met zijn master dook hij dieper in de criminaliteits- en veiligheidsvraagstukken. Tijdens zijn studie deed hij veel kwantitatief onderzoek en maakte hierbij onder andere gebruik van SPSS. Floris Jan: ‘Ik vond werken met data leuk en interessant, een beetje puzzelen in SPSS. Dit is tijdens mijn studie gaan groeien en na aanmoediging van mijn scriptiebegeleider besloot ik dat ik daar meer mee wilde gaan doen.’ In zijn laatste studiejaar begon hij met werken bij de Hanze Hogeschool. Hij werkte hier mee aan een onderzoek naar kinderarmoede: ‘Hiervoor deed ik veel kwalitatief onderzoek. Ik had nog langer kunnen blijven als onderzoeker, maar dan moest ik ook gaan doceren. Ik wist niet of ik dat zag zitten. Toen ben ik gaan rondkijken op internet en vond ik het Rijks I-Traineeship, specifiek de Datatrack. Ik wist meteen dat ik dit wilde gaan doen.’
Bijdrage en vriendschap
Werken bij een publieke organisatie heeft Floris Jan altijd wel geïnteresseerd, vertelt hij. ‘Ik had altijd al de behoefte om een bijdrage te leveren aan de samenleving en dan is de Rijksoverheid natuurlijk een hele mooie plek om dat te doen. Hoewel je niet direct in contact bent met de burger, draag je met jouw werk wel iets bij aan de dienstverlening van de Rijksoverheid aan de samenleving.’ Voordat Floris Jan startte aan het Rijks I-Traineeship woonde hij in Groningen, letterlijk in hetzelfde gebouw als zijn vrienden. Hij vertelt: ‘Het was wel een stap om het traineeship in Den Haag te gaan doen. Nu woon ik een paar honderd kilometer van mijn vrienden vandaan. Dat is wel balen. Ik zie mijn vrienden en familie nu minder vaak. Maar ik heb die stap wel bewust gezet, omdat ik mij wilde ontwikkelen op het gebied van data. Dit traineeship doe je bovendien niet alleen, je hebt genoeg peers. Door het traineeship heb ik het afgelopen jaar veel mensen leren kennen. Dat is wel echt top. Ik heb hier ook een groepje trainees met wie ik regelmatig wandel, sport of een borrel doe.’
Dat je als Rijks I-trainee op drie plekken binnen de Rijksoverheid komt te werken, was voor Floris Jan ook een reden om het Rijks I-Traineeship te gaan doen: ‘Je kunt bij drie organisaties kijken hoe het er achter de schermen aan toe gaat, je leert nieuwe dingen en je leert de overheid kennen. Zo krijg je ook een beeld van de functies die er zijn, bijvoorbeeld op het gebied van data.’
Theorie en strategie
Tijdens zijn eerste opdracht van het Rijks I-Traineeship werkte Floris Jan mee aan een visie op datamanagement bij de FIOD. Hij legt uit: ‘Door literatuuronderzoek te doen en workshops binnen de FIOD te organiseren, hebben we informatie uit de organisatie gehaald. Met deze input konden we de visie op datamanagement schrijven. Door de collega’s van het primaire proces van de FIOD te betrekken, is het een visie geworden waarmee we de hele organisatie mee kunnen krijgen. En op strategisch niveau helpt de visie om keuzes te maken omtrent datamanagement. Dat leidt ertoe dat de organisatie nog beter omgaat met data en uiteindelijk draagt dat weer bij aan een financieel gezonder Nederland.’ Deze strategische klus deed Floris Jan samen met een projectteam. Hij vertelt verder: ‘Ik vond het superinteressant en leerzaam. Interessant, omdat we als groep echt iets opleveren waar de organisatie de komende jaren iets aan gaat hebben. En leerzaam, omdat ik wel wat van data afwist, maar het literatuuronderzoek heeft mij geholpen om een breder en beter beeld te krijgen van er allemaal bij data en datamanagement komt kijken.’
Samenwerking en inzicht
De tweede opdracht van Floris Jan is bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Hij is onderdeel van het team Digitalisering en Data, dat het hele programma IND Academie ondersteunt op het gebied van digitaliserings- en datavraagstukken. Floris Jan: ‘Ik werk mee aan advies over de HR IV architectuur. Daarnaast ben ik bezig met het implementeren van de feedbackstrategie en bouw ik dashboards voor de IND Academie. Voor het verzamelen van de benodigde data, sta ik veel in contact met verschillende collega’s van de Academie. In samenwerking met hen zijn de KPI’s opgesteld. Ik zorg voor de dataverzameling en dat de resultaten verwerkt worden in het dashboard. In dit dashboard kan het programma IND Academie vervolgens op overzichtelijke manier zien hoe ze ervoor staan, bijvoorbeeld hoe de leeractiviteiten beoordeeld worden of hoe het digitale portaal beoordeeld wordt. Deze inzichten helpt de IND Academie om betere aansluiting te vinden op de ontwikkel- en leerbehoeften van de IND’er, zodat zij kunnen groeien in hun wereldbaan en daarmee hun werk nog beter kunnen uitvoeren. Dat contact en het samen ergens naartoe werken, vind ik superleuk.’ Met deze opdracht bij de IND is Floris Jan hands on met data bezig: ‘Het is gaaf om met data te kunnen werken, analyseren en dashboards te kunnen bouwen, maar nog gaver om daarmee een bijdrage te kunnen leveren aan het programma en indirect aan de IND. Om hier dagelijks mee bezig te kunnen zijn, maakt deze opdracht af’
‘Het is heel belangrijk om zo nu en dan stil te staan bij je eigen ontwikkeling, zeker omdat het zo makkelijk is om dat uit het oog te verliezen.’
Ontwikkeling en contact
Bij de vraag hoe hij zijn eerste jaar als Rijks I-trainee heeft ervaren, antwoordt Floris Jan dat het wisselend was. Dit licht hij toe: ‘Ik wist van tevoren dat ik niet op kantoor kon werken vanwege corona. Toch is dit dan jammer, omdat je hierdoor de organisatie, de bedrijfscultuur en je collega’s minder goed leert kennen. Op andere vlakken was het thuiswerken juist wel positief, omdat je denk ik lekkerder door kunt werken thuis dan op kantoor. Daarnaast heb je ook meer ruimte en tijd om tussendoor het huishouden te doen of direct voor of na je werk te sporten. En met het Trainee Ontwikkel Traject (TOT) ben ik echt stil gaan staan bij mijn kwaliteiten en goede eigenschappen. Maar je kijkt wellicht ook kritischer naar: waar kan ik in verbeteren? Wie ben ik nou eigenlijk? Hoe kom ik over op een ander? Hoe ga ik om met weerstand? Dat is erg leerzaam en hier heb ik heel veel aan gehad in het afgelopen jaar. Het is heel belangrijk om zo nu en dan stil te staan bij je eigen ontwikkeling, zeker omdat het zo makkelijk is om dat uit het oog te verliezen. Wat ik afgelopen jaar ook als zeer positief heb ervaren is het contact met de medetrainees. Zelfs in coronatijd kun je elkaar makkelijk opzoeken. Je zit toch in hetzelfde schuitje en weet wat de ander meemaakt.’
Wat is jou opgevallen aan werken bij de Rijksoverheid?
Als je nieuw bent bij een organisatie, zijn er altijd wel dingen die opvallen. Zowel op een goede als op een slechte manier. Ook voor Floris Jan vielen er een aantal dingen op binnen de Rijksoverheid: ‘Er is een hele wereld voor mij opengegaan. Wat betreft de functies die hier allemaal mogelijk zijn en de mate waarin rijkscollega’s écht bereid zijn om mee te denken met een vraag of idee. Het ontwikkelaspect wordt enorm toegejuicht en ondersteund; niet alleen vanuit het traineeship, maar ook vanuit de werkplekken. Natuurlijk moet je hier zelf ook achteraangaan, anders gebeurt er niks. Maar het verbaasde me eigenlijk dat het heel makkelijk is om mensen te bereiken: ze staan écht voor je klaar. Wat mij ook opvalt is dat er een bekend, negatief beeld heerst van ‘de ambtenaar’. Processen zijn af en toe ook traag, maar dat ligt vaak niet aan de ambtenaar zelf. Iedereen hier om mij heen werkt hard en heeft het superdruk. En dat wordt helaas weleens vergeten.’